HomeLTO Konijnenhouderij › 19 maart 2015 | Afvoer konijnengier

Afvoer konijnengier 2015

Afvoer konijnengier 2015

Aan de hand van dit schrijven wil ik wat duidelijkheid geven over de afvoer van konijnengier code 91.

Ook in 2015 is het toegestaan om konijnengier af te voeren naar een ander bedrijf zonder wegen en bemonsteren en met toepassing van de forfaitaire gehalten.
In de tabellenbrochure 2015-2017 is konijnengier code 91 opgenomen met de forfaitaire normen van 0 kg P2O5 en 0 kg N. Wel zijn er voorwaarden aan het afvoeren en transporteren van konijnengier.

Konijnengier valt onder de dierlijke mest, dus moet als zodanig ook aangewend worden. Dit betekend dat de konijnengier alleen uitgereden mag worden in de daarvoor bestemde uitrijperiode.

Hieronder een artikel uit de Kennisbank van RVO.

Wat zijn de voorwaarden voor aanvoer en afvoer van konijnengier?
De voorwaarden voor het mogen aanvoeren en afvoeren van konijngier naar of van een bedrijf of onderneming zonder dat deze hoeft te worden gewogen, bemonsterd en geanalyseerd zijn: het drogestofgehalte is maximaal 2,5%.

Het gewicht van de geleverde hoeveelheid dierlijke mest moet worden bepaald aan de hand van het volume en het soortgelijk gewicht. Op het Vervoersbewijs Dierlijke Meststoffen moet de correcte mestcode worden ingevuld. De hoeveelheid stikstof en fosfaat wordt bepaald op basis van forfaitaire normen. Het VDM van een forfaitair transport mag elektronisch worden ingediend, dit is niet verplicht.

Bovengenoemd vervoer hoeft niet plaats te vinden door een geregistreerde intermediair en door middel van een geregistreerd transportmiddel.

Voldoet de aanvoer en afvoer van konijngier niet aan bovengenoemde voorwaarden dan moet de konijngier die wordt afgevoerd op basis van de ‘normale’ regels worden gewogen, bemonsterd en geanalyseerd.

Achtergrondinformatie:
Omdat het gehalte aan fosfaat en stikstof in gier van konijnen met een drogestofgehalte van 2,5% of minder verwaarloosbaar klein is, is het niet noodzakelijk dat deze dierlijke mest wordt gewogen, bemonsterd en geanalyseerd.

Derogatie, Vooral melkveebedrijven melden hun bedrijf aan voor derogatie. Dit houdt in dat hun bedrijfsareaal bestaat uit minimaal 80% grasland en voldoende grondmonsters hebben op hun percelen. Als ze hieraan voldoen, dan mogen deze bedrijven meer stikstof uit graasdierenmest aanwenden per Ha. Voor kleigrond is dit 250 kg en voor zand/löss is dit 230 kg. Normaal is dit 170 kg N uit dierlijke mest.

Als er staldierenmest ( konijnenmest) wordt aangewend, mag er voor elke 170 kg N aanvoer, één Ha niet meegenomen worden voor Derogatie. Aangezien er geen N ( Stikstof) wordt aangevoerd d.m.v. konijnengier, heeft dit dus ook géén invloed op de derogatie van dat bedrijf.

Met vriendelijke groet,

Bart Wilms
Bergs Advies B.V.